Valuta voor Veen in Utrecht

december 3, 2018

Valuta voor Veen in Utrecht

De NMU heeft in het najaar van 2018 een eerste verkenning uitgevoerd naar de kansen voor Valuta voor Veen in Utrecht. In deze fase hebben we met verschillende overheden, kennisinstellingen en belangenorganisaties gesproken over de kansrijkheid van het model. Ook hebben we verkend welke maatregelen boeren het beste kunnen nemen om hun percelen te vernatten, en hiermee bodemdaling en CO2 uitstoot verminderen.

Wat is Valuta voor Veen?
Om de veengebieden in Nederland geschikt te maken en te houden voor landbouw, worden deze gebieden ontwaterd. Deze ontwatering leidt echter tot bodemdaling en de uitstoot van CO₂ door de oxidatie van veen. Momenteel is er een groeiende interesse om ook de veenweidegebieden te betrekken bij het tegengaan van het broeikaseffect. Valuta voor Veen biedt een mogelijkheid om dit te realiseren.

Valuta voor Veen is een regionaal systeem voor CO₂ compensatie door de uitstoot van het veenweidegebied te beperken. Boeren in het veenweidegebied nemen op hun bedrijf maatregelen om hun percelen te vernatten. Daarmee wordt bodemdaling en CO₂ uitstoot voorkomen. Deze vermindering van CO₂ uitstoot kan worden verkocht in de vorm van CO₂ credits  aan bedrijven, overheden en burgers die op vrijwillige basis hun CO₂ uitstoot willen compenseren. Daarmee is Valuta voor Veen een model waarmee een economische drager voor een natter landgebruik mogelijk wordt gemaakt. Het verbinden tussen vraag en aanbod van deze CO₂-credits gebeurt door een (regionale) koolstofbank. In de noordelijke provincies wordt hier al langer aan gewerkt. De Friese Milieufederatie ontwikkelt een eerste pilotproject, waarbij CO2 opslag in landbouwgronden door middel van peilverhoging wordt betaald door een bedrijf.

Uitkomsten van de verkenning
Vrijwel iedereen met wie we in de verkenningsfase hebben gesproken vindt Valuta voor Veen een kansrijk model. Het is een manier om vernattingsmaatregelen te financieren, aanvullend op het bestaande geld van de overheid. Dat is vooral op de langere termijn belangrijk. Over de beste maatregelen die in het westelijk veenweidegebied toegepast zouden moeten worden voor vernatting wordt wel verschillend gedacht. In verschillende polders wordt er onderwaterdrainage aangelegd, maar de effectiviteit van deze maatregel is dit jaar door wetenschappers ter discussie gesteld. Het is daarom van belang dat er meer onderzoek naar wordt gedaan. Voor de ontwikkeling van natte teelten, zoals lisdodde of cranberries, moet er eerst nog een afzetketen worden ontwikkeld, voordat deze grootschalig toegepast kan worden. Het vereist nu nog grote investeringen en dat maakt het risicovol om in te investeren. Maar als blijkt dat er een markt ontstaat, zullen boeren ook instappen, is de verwachting van sommigen.

Vrijwel iedereen was positief over de maatregel van een geringe peilverhoging om percelen te vernatten. Dit heeft echter wel effect op de productie en het zou dan ook onderdeel moeten zijn van een breder pakket van maatregelen om boerenbedrijven te extensiveren. Dan gaat het bijvoorbeeld om het aankopen van extra grond door een boer, ander graslandbeheer, lichtere machines en andere koeienrassen. Bovendien kan het dan gecombineerd worden met andere maatschappelijke doelen, zoals weidevogelbeheer. Op die manier kan Valuta voor Veen een bijdrage leveren aan de transitie van de landbouw in het veenweidegebied.

Vervolg
Op basis van de uitkomsten van deze verkenning concludeert de NMU dat Valuta voor Veen een kansrijk model is voor het veenweidegebied in het westen van het land. We willen daarom er graag verder mee aan de slag. De verkenningsfase is gefinancierd uit het Programma Aanpak Veenweiden van de provincie Utrecht. Op 3 december zijn de resultaten in de stuurgroep van dit programma besproken. We bereiden vervolgens een tweede fase voor. Hierin willen we met bedrijven bespreken onder welke voorwaarden zij CO2 certificaten zouden willen kopen volgens het Valuta voor Veen model. En we willen ook nog verdiepende gesprekken met boeren gaan voeren. Aansluitend hierop willen we een pilotproject voor Valuta voor Veen in Utrecht gaan ontwikkelen.