Kleine landschapselementen vormen samen het levendige Utrechtse landschap. Ooit dienden ze als perceelgrens, waterkering of houtbron, maar ook nu spelen ze een belangrijke rol: ze bepalen de sfeer en herkenbaarheid van de regio. En ze zijn onmisbaar voor de natuur.
Geriefhoutbosjes, houtwallen en heggen verbinden gebieden met elkaar en vergroten het leefgebied van talloze planten en dieren. Denk aan zangvogels die er schuilen, of vlinders en libellen die profiteren van de luwte. Toch is in de afgelopen eeuw zo’n zestig procent van deze elementen verdwenen.