Energiezuinige huurwoningen voor Utrechters en Amersfoorters

juni 5, 2015

Energiezuinige huurwoningen voor Utrechters en Amersfoorters

Utrechtse en Amersfoortse woningcorporaties delen met gemeenten en huurdersorganisaties de ambitie om vaart te maken met energiebesparing. Dit kan goed samengaan met de ambitie om woningen in de sociale huursector betaalbaar te houden.

De Natuur en Milieufederatie Utrecht en de Woonbond organiseerden op respectievelijk 26 mei en 4 juni alweer de vierde serie Stookjerijk-bijeenkomsten. Deze avonden organiseren zij jaarlijks, om met huurders, woningcorporaties en gemeente(raden) de voortgang van de energiebesparingsopgave in de sociale huursector te bespreken. En hoe deze voortgang zich verhoudt tot gestelde doelen. Collega Natuur- en Milieufederaties uit andere provincies en Milieucentrum Rotterdam doen dit gezamenlijk in 16 steden.

Afspraken niet haalbaar?

In Utrecht gaf Paulus Jansen, wethouder wonen, aan dat er veel mooie dingen gebeuren in de stad: neem de renovatie van Bo-Ex aan de Zebradreef, de Nul-op-de-meter woningen van Portaal in Leidsche Rijn, de uitvraag van Mitros voor Overvecht. Wel is Jansen geschrokken van de stelling van Liesbeth Marchesini namens alle Utrechtse woningcorporaties, dat een energieneutrale woningvoorraad in 2030 niet haalbaar is, evenmin als een gemiddeld energielabel B in 2020.

In Amersfoort gaf Fleur Imming, wethouder wonen aan dat het een enorme opgave is om als stad in 2030 energieneutraal te zijn. Zelf geeft de gemeente het goede voorbeeld, faciliteert initiatieven in de stad en daarnaast verwacht de wethouder veel van de woningcorporaties. In het lopende duurzaamheidsconvenant is niet voldoende bereikt, voor de periode 2016 – 2020 is een flinke impuls nodig, als opmaat naar 2030.

Gemiddelde label B is een landelijke afspraak tussen het Rijk, corporatiekoepel Aedes en de Woonbond, benadrukt Ieke Benschop, projectleider bij de Natuur en Milieufederatie Utrecht. Daarnaast zijn beide gemeenten Hoogspringerstad. Dit betekent dat er een ambitie is om Nul-op-de-meter woningen te realiseren. Eind 2012 werd in Utrecht zelfs gezegd dat alle sociale huurwoningen in de stad met slecht energielabel (dat zijn er 35.000) gerenoveerd zouden moeten worden tot Nul-op-de-meter. Amersfoort heeft een doelstelling van 1000 huur- en 1000 koopwoningen naar Nul-op-de-meter in 2020.

Paulus Jansen roept woningcorporaties en bouwers op samen op te trekken, te innoveren en te standaardiseren. Huurders willen wel een energiezuinige woning, zolang de woonlasten maar niet stijgen. Dat wordt bevestigd door Jaap van Leeuwen, energieconsulent van de Woonbond. Als je huurders maar goed betrekt bij het vormgeven van de afspraken, is huurverhoging bij energiebesparende maatregelen voor zittende huurders vaak prima acceptabel, zegt hij. ‘Maar bij wisseling van de huurder kan de huur wel flink stijgen, en dat kan een probleem zijn.’

Fleur Imming grijpt de nieuwe Woningwet aan om hardere afspraken te maken over verschillende onderwerpen. Betaalbaarheid en verduurzaming van de woningen lijken heel goed samen te kunnen gaan. De rol van de huurders wordt belangrijker, de wethouder ziet echt een gelijkwaardige positie voor hen en hoort graag van de huurders wat zij willen. Imming ziet in ieder geval graag huurders die als ambassadeurs voor energiebesparing kunnen optreden richting andere huurders.

De provincie helpt

Gelukkig is er steun te verwachten vanuit de provincie. In het nieuwe coalitieakkoord van het kersverse nieuwe bestuur, staat de ambitie voor 50.000 Nul-op-de-meterwoningen in 2020 verwoord. Vanuit het Energiefonds maakt de provincie gunstige leningen en garantstellingen voor energiebesparing mogelijk.

Oplossingen liggen volgens de NMU verder in snelle realisatie van voorbeeldwoningen en voortvarende opschaling. Ieke Benschop roept de woningcorporaties op nu al samen afspraken te maken over aantallen Nul-op-de-meter renovaties per jaar, en met deze aantallen de markt te benaderen. Zo kan door opschaling de prijs snel omlaag.

Verslagen en presentaties